Onderzoek Mazda: 66 procent automobilisten wil zelf blijven sturen
Zelfs als er in de toekomst volledig zelfrijdende auto’s zijn, willen veel Europeanen nog steeds graag ook zelf achter het stuur blijven zitten. Dat blijkt uit een onderzoek dat door bureau Ipsos in opdracht van Mazda Motor Europe is uitgevoerd. Van de elfduizend ondervraagde automobilisten wil 66 procent ook zelf kunnen sturen.
Vooral in Groot-Brittannië, Duitsland, Oostenrijk en Polen blijken automobilisten rijplezier heel belangrijk te vinden; 71 procent van de ondervraagden wil zelf graag blijven rijden. Italianen, die doorgaans wel houden van een stevig potje sturen, lijken het rijplezier toch net wat minder belangrijk te vinden; 59 procent houdt graag het stuur in handen, zelfs als er volledig zelfrijdende auto’s bestaan.
Open armen
Een op de drie ondervraagde automobilisten verwelkomt de zelfrijdende auto met open armen. In Nederland en Frankrijk is dat een op de vier. Volgens de onderzoekers speelt de leeftijd van de ondervraagden nauwelijks een rol in dit verhaal. De percentages tussen de drie leeftijdscategorieën ontlopen elkaar nauwelijks. De cijfers laten zien dat 33 procent van de 18- tot 34-jarigen het wel ziet zitten om zelf niet meer te hoeven sturen. Bij de 25- tot 34-jarigen is dat 36 procent, bij de 35- tot 44-jarigen 34 procent.
Het onderzoek toont verder aan dat veel bestuurders nog steeds een emotionele band met hun auto en met het zelf besturen van een auto hebben. 69 procent van de Europese automobilisten hoopt dat ook toekomstige generaties er nog steeds voor kunnen kiezen om zelf het stuur in handen te houden.
Rijplezier
Volgens CEO Jeff Guyton van Mazda Motor Europe laat het onderzoek zien dat veel mensen de voordelen van rijassistentiesystemen en zelfrijdende auto’s zien, maar dat rijplezier nog steeds een belangrijke rol speelt voor veel automobilisten. “Als we kijken naar de auto-industrie op dit moment, dan zijn er heel wat fabrikanten die weinig oog meer hebben voor rijplezier. Daar willen we bij Mazda graag tegen strijden.”
